Overijssel: Hanzesteden en culinair talent

Overijssel is met zijn oppervlakte van ruim 3.400 km² de vierde provincie van Nederland. Het grenst aan Friesland, Gelderland, Drenthe en Flevoland én aan de Duitse provincies Nedersaksen en Noordrijn-Westfalen. De naam Overijssel werd in 1528 voor het eerst gebruikt; voor die tijd sprak men van Oversticht, dat werd bestuurd door de bisschop van Utrecht.

De Overijsselse hoofdstad is Zwolle, maar Enschede heeft de meeste inwoners. De provincie bestaat uit drie landstreken: Salland, Land van Vollenhove en Twente en ligt voor een groot gedeelte aan de IJssel. Verder zijn er het Zwarte Water, de Overijsselse Vecht, de Dinkel, de Regge en de Reest. Overijssel telt veel Hanzesteden: Zwolle, Kampen, Hasselt, Deventer, Ommen en Oldenzaal. Het koestert Nationaal Park Weerribben-Wieden in de Kop van Overijssel en Nationaal Park Sallandse Heuvelrug op de grens van Salland en Twente.

Voor de toerist heeft Overijssel een aantrekkelijke mix van mooie steden, natuurgebieden en attracties voor het hele gezin. Hotspots zijn het idyllische dorpje Giethoorn, attractiepark Slagharen, het Vechtdal, natuurdorp Beerze, avonturenpark Hellendoorn, landgoed Twickel, vakantiepark Landal Twenhaarsveld en Waterpark Belterwiede.

Ook heeft Overijssel veel culinair talent. Naast De Librije in Zwolle en Kaatje bij de Sluis in Blokzijl, timmeren De Swarte Ruijter in Holten, De Lindenhof in Giethoorn, Dorset in Borne en ’t Lansink in Hengelo aan de weg. En dit zijn nog maar de uitschieters.

 


Overijssel Casper van Dort Overijssel Casper van Dort

Restobar Coperto

Mooie stek in Zwolle: Restobar Coperto in wat officieel Pillows Grand Boutique Hotel Ter Borch heet, een prachtig gerenoveerd en elegant stadshotel op een steenworp afstand van NS-station. De restobar is er een soort serre van, met een uitnodigend terras, in een decor van natuur- en antracietkleuren, leren en gewone fauteuils, groene banken, witgedekte en marmeren tafeltjes.

Meer lezen